De luchtpijp vertakt zich in de longen tot trossen van kleine longblaasjes. Deze longblaasjes hebben samen een oppervlakte die gelijk is aan die van een flat van 90 vierkante meter.
Om de longblaasjes lopen kleine bloedvaatjes. Het bloed dat van de longslagader komt, bevat vrijwel geen zuurstof meer. Deze zuurstof is door de organen en cellen in het lichaam verbruikt.