Bij inademing worden de longblaasjes gevuld met zuurstof (O2). Deze zuurstof wordt in de bloedvaatjes opgenomen, dwars door de wand van het longblaasje. Deze wand is namelijk maar één cellaag dik.
Als de zuurstof in het bloed gekomen is, wordt het opgevangen door de rode bloedcellen. Hierdoor wordt het bloed van zuurstofarm (blauw) weer zuurstofrijk (rood). Stoffen die in ingeademde rook zitten (zoals drugs) kunnen ook gemakkelijk opgenomen worden in het bloed.